We haalden hele nachten door, samen met ze tweeën,
toen waren wij nog vrienden,
die soms met elkaar vreeën.
De vriendschap bleef bloeien, we werden geliefden,
die naar elkaar toe groeiden.
Teder geluk,
kon het maar nooit stuk.
Maar het leven ging door en we kregen het druk.
Jaren die sleten en ergens onderweg zijn we elkaar vergeten.
Langzamerhand begon het te knagen, begonnen de vragen
en werden de dagen dat we dagelijks praatten overgeslagen.
Met steeds minder fantasie en verbeeldingskracht,
verstikten wij de wederzijdse aandacht
en over dat ik misschien niet meer
van je hou
werd zeker niet nagedacht.
De momenten van intens met je leven,
die bleven en soms blijf ik hopen dat ergens staat geschreven
dat wij voor elkaar bestemd zijn.
Ik herinner me jou ogen vol vertrouwen
niet eens eraan twijfelen,
dat je niet op mij zou kunnen bouwen.
Was dat maar waar.
Ik sluit mijn ogen, hap naar adem en pomp me vol
met frisse lucht. De schouders net nog gespannen,
laat ik zakken met een zucht.
Als ik in de verte kijk is alles kalm en stil
geen wolkje aan de hemel,
dat is wat ik wil!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten